De laatste
post uit Centraal-Amerika. Het is mooi geweest en na 2 jaar Costa Rica en 2
jaar Panama wordt het tijd voor iets anders.
Dat iets anders wordt Albanië, toch wel een beetje een verrassing. Maffia, autodieven, louche buitenwippers, vrouwensmokkelaars,
drugshandelaren, bloedwraaknemers, geiteneters…
Mijn eerste reactie zat vol clichés.
De werkelijkheid schijnt echter een stuk genuanceerder (en minder
dramatisch): het meeste exotische (want langst geïsoleerde) land van Europa,
heel gevarieerd, lekker eten en onverwacht veilig.
Ik ga daar
werken op de Nederlandse ambassade. Het
zal aanpassen worden. Ik heb vorige maand een opleiding gevolgd in Den
Haag om alvast kennis te maken met een aantal relevante collega’s en met de
Nederlandse manier van werken. Ze vonden het moedig van me en dat vond ik dan
weer licht onheilspellend. Maar iedereen was aardig en er hing een heel
positieve sfeer, wat toch een verademing was.
Het zal wel lukken.
Het was een
speciale tijd hier. We vertrokken met 2
kleine kindjes, 2 cavia’s en een oude kat.
De kleine kindjes zijn groot en tweetalig geworden, de cavia’s en de kat
zijn dood. In plaats daarvan hebben we 2
poezen die we uit het asiel gered hebben en een straathond die aan kwam lopen
en denkt dat hij een schoothond is. Het
wordt me wat, ze allemaal mee naar Europa nemen.
Je weet
niet of je er goed aan doet, die kinderen meesleuren naar de andere kant van de
wereld. Weegt de ervaring die ze hebben
gekregen, de talen die ze hebben geleerd, de mooie reizen, de dieren, de zee op
tegen de eenzaamheid die ze soms gevoeld hebben , de leerachterstand die ze
hebben opgelopen, de ongemakken van een tropisch klimaat? Of maakt het allemaal niet uit? Je kunt het niet
terugdraaien, natuurlijk. We zullen
nooit weten of ze beter af geweest waren als we gewoon thuis waren
gebleven. Ik hoop maar dat de eindbalans
uiteindelijk positief zal zijn. Dapper
zijn ze in ieder geval wél geweest, en volhardend. Ze hebben wel wat rust verdiend.
Alle
Centraal-Amerikaanse landen hebben sinds onze aankomst een nieuwe president
gekregen (al had dat met onze aankomst
strikt gesproken meestal niets te maken).
Behalve Nicaragua, waar de president voor eeuwig aan mag blijven. Zo worden we altijd teleurgesteld in de mensen.
We hebben veel
gezien: de vulkanen in Guanacaste, de quetzals in de Talamanca, de ara's in de
amandelbomen aan de Stille Oceaan , Arenal in de zon, uitkomende schildpadden in Puerto
Viejo, walvissen in de Islas de las Perlas, San Blás, de koude bergen in
Boquete. Een hele nieuwe wereld.
We hebben
ook veel mensen ontmoet. Sommigen werden
vrienden, anderen niet. Aan de eersten
denk ik nog vaak, aan de laatsten niet.
Het is me
op het werk ook het een één en ander geweest: een ambassade sluiten, een andere
openen. . Mensen ontslaan, anderen aannemen. Teleurstelling en hoop. Het is soms moeilijk geweest, vaak was het om de moed te verliezen maar het is uiteindelijk toch goed gekomen: de boel
loopt en blijft wel lopen.
Ik zal
Centraal-Amerika wel missen. Het klimaat misschien iets minder: de eindeloze hitte is slopender dan je denkt. Maar wel het licht, het landschap en de dieren, het zachte Spaans.Ik weet niet of ik hier ooit nog terugkom. Ik ben nu in ieder geval heel nieuwsgierig naar Zuid-Amerika, zo blijft er weer een nder continent te ontdekken.
Verhuismannen zijn nu bezig onze spullen in te pakken. Het huis is nu niet meer het onze - tijd om te vertrekken, tijd voor iets nieuws.
Plaudite, amici, comedia finita est.