Gewoonlijk komen de deelnemers onder de poten of op de hoorns van de stier terecht, wat het publiek fantastisch vindt. Als er eentje vertrappeld is, staan er meteen anderen klaar om zijn plaats in te nemen en op hun beurt ongelukkig geschopt te worden. En ondertussen brult het publiek van plezier; ambiance! Pas als iedere kandidaat-deelnemer is afgevoerd naar het ziekenhuis houdt het feest op. Tot de volgende dag, dan begint alles gewoon opnieuw. Opeens lijken de Romeinen niet langer het toppunt van barbarij.
Ook ambiance bij onze Amerikaanse buurman. Zijn ex kwam hem samen met haar 4 broers op de terugweg van een bruiloft een bezoekje brengen. Ze had nog sleutels van zijn huis zodat ze opeens naast zijn bed stonden. En in dat bed lag ook de nieuwe vriendin van de buurman. Terwijl de broers - die tot groot verdriet van de buurman niet onverdienstelijke amateurboksers zijn - de buurman onder handen namen, stortte de ex zich op de nieuwe. Gekrijs en gekrab en getrek aan haren!
Eindelijk kwam de politie erbij maar de agenten vonden de hele situatie zo komisch dat ze de slappe lach kregen. De broers en hun zusje verlieten samen met de dienders schaterend het pand, de nieuwe vriendin vluchtte in een taxi (nadat ze de buurman had toegesist dat hij gek is en dat ze hem die uitgerukte plukken haar nooit zou vergeven) en de buurman zelf reed naar de luchthaven om in Texas te gaan bekomen. Vooral door die lachende agenten was hij overstuur, meer nog dan door die uitgemepte voortanden.
Bij ons verliepen de kerstdagen een stuk vrediger, Alpijnse riviertjes in tropisch sprookjesbos in San Gerardo de Dota, allemaal heel kerstachtig.
Casper had er in ieder geval zin in.
Toen we op een ochtend aan het ontbijt zaten vloog er kolibrie tegen het raam. Het leek erop alsof hij zijn nek gebroken had. Emma rende echter naar buiten, blies adem en zijn bekje en sprenkelde er een beetje water overheen en voorwaar: het beestje kwam weer tot leven. Een kerstwonder!
Vorige week waren we bij de vulkaan Tenorio, in de Cordillera de Guanacaste.
De kinders waren goed voorbereid op een boottochtje dat we zouden gaan maken op een van de rivieren die het park uit stromen en waar de krokodillen hopen dat je overboord valt.
Onderweg zagen we een vleermuizenkolonie slapen.
Schreeuwden brulapen dat we moesten opkrassen.
Een poema! Zomaar naast ons. Dicht genoeg om hem aan te raken. Gelukkig genoeg had hij geen aandacht voor ons. Wij wel voor hem. Prachtig.
Iets verder zat een grison te spelen, een soort marter met de kleuren van een wasbeer.
Leuke dingen voor de mensen, dus.
In het park zelf loopt de rio Celeste, die zijn onwaarschijnlijke hemelsblauwe kleur te danken heeft aan kobaltafzettingen van de vulkaan.
Gelukkig kun je op de overvloedig aanwezige luchtwortels uitrusten van al dat vermoeiende gewandel door de jungle.
Op de terugweg naar huis kwamen we langs de Llano de Cortes, een door de plaatselijke bevolking verborgen gehouden natuurlijk zwemparadijsje. Centerparks maar dan in het echt.
En nu maar afwachten wat de toekomst brengt.